Spelregels

Techniek en balbeheersing

Deze vormen de basis van de voetbalsport. Zaalvoetbal is een terugkeer naar de roots van de voetbalsport, naar de pleintjes-en of straatvoetbal… Door de beperkte ruimte waarin zaalvoetbal wordt gespeeld en door het geringe aantal spelers (1 keeper + 4 veldspelers) ligt het aantal balcontacten tientallen keren hoger dan bij het veldvoetbal. Het spreekt dan ook vanzelf dat zaalvoetbal het balgevoel en de basistechniek van de jeugdspelers stimuleert.

Snelheid van uitvoering

Zaalvoetbal wordt vooral gespeeld in de “kleine ruimte” en verloopt veel intensiever dan veldvoetbal. De jeugdspeler wordt daardoor tijdens het spel verplicht om sneller oplossingen te vinden. Hun handelingssnelheid en hun techniek gaan hierdoor verbeteren.

Fysiek: korte en intensieve inspanningen

Zaalvoetballers bouwen fysieke capaciteiten op die hen toelaten het “korte werk” intensiever en gedurende langere tijd uit te voeren (korte sprints, korte schijnbewegingen, korte pressing). Dit aspect wordt in veldvoetbalopleiding verwaarloosd waardoor onze Nederlandse veldvoetballers in dat domein achterop zijn geraakt. Bij de topclubs wordt er meer en meer teruggegrepen naar spelers die juist in die “kleine ruimte” het verschil kunnen maken (Ronaldinho, Messi, Eto’o, Ronaldo, Deco, etc).

Lenigheid

In het zaalvoetbal ligt de nadruk op “schijnbewegingen”, “vrijlopen”, “afhaken”, “tempoveranderingen”. Doordat de jeugdspeler veelzijdig gebruik moet maken van deze korte bewegingen, kweekt hij een bijkomende lenigheid aan die in het veldvoetbal (meer gericht op lange, rechtlijnige inspanningen) nauwelijks wordt getraind.

Tactiek

Zaalvoetbal is een erg tactisch spelletje. De jeugdspeler leert om te gaan met tactische richtlijnen, zowel op individueel vlak (welke keuzes maak ik op welk moment: dribbel, passen of op doel schieten) als wat de ploeg aangaat (hoe spelen we een tegenaanval uit bij balverlies van de tegenpartij?, hoe nemen we een hoekschop of vrije trap, hoe stellen we ons verdedigend als ploeg op?).

Veelzijdigheid is vereist

De spelers “roteren” constant in de loop van een zaalvoetbalwedstrijd. Iedere speler komt op meerdere plaatsen terecht. Een spits is niet alleen louter spits en een “laatste man”is ook niet alleen laatste man, dit komt uiteraard de algemene ontwikkeling”van de jeugdspeler ten goede.

Teamgeest

Kenmerkend voor de zaalsporten is ook de typische “teamspirit”. Teambuilding, het vormen van een hechte groep, wordt als erg belangrijk beschouwd. In tegenstelling tot het veldvoetbal worden individuele acties en techniek in het zaalvoetbal wel aangemoedigd. Deze zijn door de beperkte ruimtes ook noodzakelijk. Door de typische teamgeest zullen spelers hun individuele acties echter meer in functie van het team uitvoeren. Correcties door de trainer-coach worden ook makkelijker aanvaard.

Blessures

Een vaak voorkomend verwijt is dat zaalvoetbal sneller tot blessures leidt. Dit verwijt is echter op geen enkele “wetenschappelijke basis” gestoeld. In zaalvoetbal zijn lichamelijke contacten verboden. Ook de blessures uit “verkeerde” (draai) bewegingen zijn zeldzaam. De jeugdspeler raakt namelijk snel gewend aan korte bewegingen in het zaalvoetbal( zie hiervoor: lenigheid) en door sneller te denken en te handelen voorkomt hij vele blessures(wat hem ook een voordeel oplevert in het veldvoetbal). De verbetering van de vloeren in de sporthallen en van de zaalvoetbalschoenen leidt ook tot een vermindering van de blessures.

Conclusie

Jeugdzaalvoetbal biedt een algemene opleiding aan de jeugdspeler. Het moet niet als concurrent worden gezien van het veldvoetbal, maar eerder als een belangrijke aanvulling, een bijkomende opleiding. Het Braziliaanse systeem bewijst toch voldoende het nut van zaalvoetbal in de opleiding van topveldvoetballers.
(bron:Herman Beyers)

Spreekt dit je aan? Meld je dan als lid aan.